Veel organisaties en bedrijven worden tegenwoordig geplaagd door het virus van de pedanterie, de onhebbelijke en weinig constructieve eigenschap van sommige managers, de pedante baasjes, die willen overbluffen en vooral met uiterlijkheden eerbiedwaardige gedweeheid inblazen. Ze verstaan vooral de kunst om in het kleine groot en in het grote klein te zijn…
U herkent ze beslist, het zijn de managers die:
-
Met hun modernistische outfit, bijpassende brilletje en kapsel, menen dat dit nog niet genoeg is en zich elke morgen besproeien met een penetrante geur van chemicaliën die elk normaal mens op de vlucht jaagt;
-
Het hoogste woord hebben en niet gehinderd door enige kennis van zaken, baarlijke nonsens uitkramen over deadlines en targets die gehaald moeten worden, de strikte handhaving van de “planning & control cyclus”, “spin off”’, “people management” en meer van die fraaie zeepbelbegrippen uit de kantoortuintaal;
-
Het volkomen ontbreekt aan enig historisch besef en denken dat de wereldgeschiedenis bij hun eigen geboorte begon;
-
Hun oppervlakkigheid zonder gêne overal en aan iedereen tonen alsof dit de ontdekking van de eeuw is. En misschien is dat ook wel zo…;
-
Die luidkeels verkondigen dat zij van inhouden niets (hoeven te) weten omdat zij alles van processen weten;
-
Zich door snoodaards laten gebruiken om harde maatregelen door te drukken en daar ook nog trots op zijn;
-
Lijden aan een chronische vorm van zelfoverschatting en het volkomen ontbreekt aan zelfkritiek;
-
Zich vreselijk opwinden over het al dan niet behalen van kleine successen maar die er geen idee van hebben dat er ook nog zoiets bestaat als een volgende generatie;
-
Het voor elkaar krijgen om mensen weg te jagen die voor de organisatie van groot belang zijn;
-
Niet kunnen luisteren;
-
Met een schaamteloos exhibitionisme hun inferioriteit ten toon stellen;
-
Tijdens hun opleiding blijkbaar voortdurend en alleen hun eigen navel hebben bestudeerd en daar nu de organisatie mee opzadelen als ultiem managementinstrument.
uit: “MENS & LEIDER 2013”